Column Paul Balk: Lieve José

Lieve José,

Heb jij onlangs ook het bericht van onze voorzitter gelezen waarin de ouders van elk jeugdteam vriendelijk doch dringend verzocht werden om periodiek een bardienst te draaien?

De reden voor de herinvoering van deze (bar)dienstplicht was het te lage aantal vrijwillige aanmeldingen. Het is helaas een zeer spijtige tendens dat steeds minder mensen zich geroepen voelen om naast het betalen van contributie op enige andere wijze bij te dragen aan hun geliefde amateurclub. Maar wees gerust, daar wil ik het nu niet over hebben. Ik zou het graag hebben over bardienst!

Want een bardienst leert je enorm veel. Het leert je de mores van de club, het leert je haar leden kennen en het leert je kroketten bakken. Althans, wanneer je daarvoor openstaat. Zo kreeg ik eens om tien voor acht ’s morgens te horen dat ik keuken- in plaats van bardienst had omdat er bij mijn medebardienstplichtige ooit een kroket in haar gezicht was ontploft en zij sindsdien enkel nog maar koffie wilde schenken. Dat haar bardienst slechts tot 11 uur zou duren en de kroketafname tot dat tijdstip nihil zou zijn deed haar niet van haar kroketprincipes afstappen. “Ik heb dit met het bestuur besproken en we zijn dit overeengekomen!”

Drie tosti’s en twee uur verder kroop ik toch uit mijn culinaire schulp en begaf ik mij voorzichtig naar het cappuccinoterritorium. De “koffiedames” hadden het schreeuwend druk dus de broodjes gezond, dé typische hockeysnack, moesten maar even wachten. Let wel, ik heb het nu over zo’n drie jaar geleden en in die tijd was er nog geen Corona en slechts één cappuccino-apparaat bij NHC. Een lange rij wachtenden tot gevolg. Cafeïnetekort en hockeykijktijd verliezen is geen goede combi heb ik toen geleerd. “Waar blijft potverdorie mijn cappu! Ik moet nú naar veld 3!” is een gevleugelde uitspraak die mij nog helder voor de geest staat.

Hierop opperde ik mijn medebardienstplichtigen dat het wellicht beter was om simpelweg te zeggen dat we geen cappuccino’s hadden maar slechts koffie en thee. Zeven kilometer naar het Zuiden, bij voetbalvereniging Quick Boys, had ik namelijk de ervaring opgedaan dat daar in het rustkwartiertje letterlijk duizenden mensen tot hun volle tevredenheid hun warme bakkie kregen. Geen Katwijkse “kappoetjienoo” maar lekkere koffie mét of zonder melk. Dit gingen wij ook proberen! Het resultaat: consternatie en vertwijfeling. “Geen cappuccino??? Ja, en nu???” “Nou gewoon, koffie of thee…”

De mens leert snel. Zelfs de hockeymens. Want na enige gewenning kwamen de bestellingen alsnog binnen en droogde de rij snel op. Later stapte er echter een verontwaardigde dame op mij af. “Mijnheer, ik heb zojuist twee koffie bij u besteld en die kwamen uit twee verschillende apparaten. De koffie uit dat rechtse apparaat ging nog wel maar de andere was werkelijk niet te drinken!” Ik had haar inderdaad geholpen maar in tegenstelling tot haar bewering wist ik zeker dat haar koffies uit hetzelfde rechtse apparaat waren gekomen. Natuurlijk stelde ik haar gerust door te zeggen dat ik dit niet alleen heel vervelend voor haar vond maar ook dat ze van mij uiteraard twee nieuwe lekkere koffietjes kreeg. Tevreden sloeg zij daarna aan de babbel met haar buurvrouw en overhandigde ik haar niet veel later twee koffie. Ze nipte eraan, knikte goedkeurend en liep vervolgens weg met in beide handen de koffie… uit het linker apparaat.

Ik heb mij die ochtend zo vermaakt dat ik sindsdien vaker en met veel plezier bardiensten draai. Ik raad het daarom iedereen aan. Eigenlijk vind ik dat ze het verplicht zouden moeten stellen…

Warme groet,
Paul

Columns Rob van Nes Overzicht